UIT DE “OUDE DOOS”
Geplaatst op: 2 januari 2024
Een paar weken geleden hielden we onze jaarlijkse tentoonstelling , sinds de oprichting van onze vereniging kon die bijna ieder jaar doorgaan , behalve in de coronatijd. De laatste jaren stuurt een handjevol liefhebbers een bescheiden aantal duiven naar de keuring , hoe anders was dat in de jaren 70 en 80 : van november tot januari waren er ieder weekend meerdere tentoonstellingen, iedere vereniging organiseerde een TT, vaak met meer dan 800 duiven. Daar waren meestal ook mooie prijzen te winnen, en waren er liefhebbers die zich hierop specialiseerden en alleen duiven voor de TT hielden. beruchte TT waren die van de Molenwiek in Leeuwarden , maar ook de TT van de BDA stond goed bekend.
Zo ook in 1980, onderstaand bericht stond in de Kollumer Courant :
Damwoude – de postduivenvereniging Blauwe Doffer Akkerwoude (BDA) is traditioneel goed voor de dag gekomen met een viertallen-show. Viertallen worden gevormd door een oude en jonge doffer en een oude en jonge duivin. Viertallenshows zijn in Friesland niet algemeen : behalve deze vereniging organiseert o.m. “de Molenwiek”uit Leeuwarden dergelijke shows. De BDA-voorzitter, de heer Tamme Posthumus uit Rinsumageest deelde mee dat men graag tentoonstellingen heeft in de knusse eigen behuizing, bereikbaar via een eigen pad vanaf de Badhuisweg. Dat domein biedt een beste ruimte voor de 70 viertallen, die er vrijdag en zaterdag waren te bewonderen, maar niet voor 500 á 600 duiven , die elders meermalen worden getoond. BDA is best tevreden met een presentatie, zoals die nu weer is geweest.
De heer R.Strijker uit Enschede, die ook keurmeestere is voor de Duiven Olympiade heeft vrijdagmorgen de 70 viertallen aan een nauwgezette beoordeling onderworpen. het is een keurmeester die niet houdt van “zoete duiven” : zoete duiven zijn geen postduiven, het gaat om postduiven , niet om showduiven, had hij tegen bestuursleden van de organiserende vereniging gezegd. Allicht in verband daarmee was de uitslag voor menigeen min of meer verrassend. Met 368 1/2 punten eindigden de heren Douwe B Kooistra en Rienk Kooistra als 1e en 2e. Laatsgenoemde gaf de reden waarom hij 2e was geworden, ondermeer met duiven die te Zwaagwesteinde en Bergum 1e prijzen haddem bemachtigd. “Douwe syn dowen hawwe bunte wite pennen, dy fan my binne net gelyk, der binne twa by mei in ljochte kras. It moat in show weze, derom is Douwe earste”. Onder de overige prijzenwinnaars waren er ook heel wat met een gelijk aantal punten, maar ook daar gaven daarna kleine verschillen de doorslag.
nb :nu 43 jaar later is het dezelfde Douwe welke ook dit jaar weer de mooiste duif van de TT heeft.
vier-tallenshow
Tot zover weer een geslaagd georganiseerde TT van de BDA , echter een paar dagen/weken later verscheen er een ingezonden stuk van Lieuwe Feddema in de krant, en niet veel later een stuk van Lieuwe Visser , welke hierop reageert :
L Feddema : Duivenshow of vriendjespolitiek ?
Hier bij een reactie op de viertallen show, van de Postduivenvereniging BDA te Damwoude, gehouden op 19 en 20 dec.j.l. Dat het voor menig liefhebber een teleurstellend weekend is geworden kon ik mij zeer goed indenken. Dat de duiven worden gekeurd dat wisten we, maar dat ze gewoon er niets van heel hebben gelaten daar kan ik gewoon niet bij , menig liefhebber sprak er schande van, hoe deze zoiets kan doen, dat moet ook nog een Olympide keurmeester heten. Menig liefhebber kan het nog beter. Oude rotten in de duivensport die hier aanwezig waren deden het gezegde : Dizze man hat in slach mei de moalpoede hawn. Daarbij zegt hij zoete duiven zijn geen postduiven, het gaat om postduiven , niet om showduiven. Als deze man zo goed alles wist over een duif, waarom hebben deze mensen die hun kampioens duiven, dus pure vliegduiven dan hadden deze de collectie moeyten winnen, maar zij werden evenmin gehonoreerd. Daarbij heeft hij showduiven gewoon gekraakt, ik zal hier een paar voorbeelden geven :
hierna volgt een hele opsomming van duiven die op verschillende TT 92 1/2 punten hadden gehaald maar in Damwoude niet meer dan 90 kregen.
Als men een mooie duif niet moet, dat is eenieder zijn smaak, maar een duif kan in een week opeens geen 2 of 2 1/2 of 3 of 3 1/2 punt zakken , dat kan gewoon niet want de kop, vleugels en rug blijven gelijk. het is tenslotte een viertallen SHOW
een duivenliefhebber uit Damwoude , L Feddema.
Je zou zeggen dat hiermee de TT kon worden afgesloten, echter dit was pas het begin van een hele serie ingezonden stukken
De eerste welke op dit ingezonden stuk reageert is L Visser , beter bekend als Lieuwe Mol van Rinsumageest :
Nogmaals Duivenshow BDA
Met verbazing en ook ergernis heb ik het ingezonden stuk gelezen wat de heer L.Feddema schreef in de krant van woensdag j.l. over duivenshow of vriendjespolitiek betreffende de prima georganiseerde TT van onze vereniging. Vooral dat laatste woord vriendjespolitiek vind ik in één woord belachelijk. Heer Feddema dat er liefhebbers teleurgesteld zijn kon ik begrijpen. Maar je vergeet één ding dat een Tentoonstelling vaak ook een teleurstelling is. Je begint met punten te smijten van die duif had daar zo veel en daar zoveel en hier zat hij niet in de prijzen. Feddema ik sal je eens wat zeggen dat je waarschijnlijk (hoop ik) met mij eens bent : bij een tentoonstelling nodig je een keurmeester uit in dit geval dhr Strijker. Bij de beoordeling van deze man moet je je bij neerleggen. DeZe man keurt ook wel de olympiade, schrijf je. Nou voor mij is dat een teken dat die man dan wel wat van duiven afweet.Bovendien was het viertal dat verleden jaar eerste werd nu weer eerste. Dat deze man niet van zoete duiven houdt daar kan onze vereniging ook niets aan doen. Zelf heb ik weinig TT-duiven, toch stuurde ik indertijds 10 duiven naar Veenwouden met als resultaat een tweede prijs. Diezelfde 10 duiven stuurde ik naar Bergum en tot mijn verbazing haalden diezelfde duiven 2 eerste, 1 tweede en een 3e prijs. Zo zie je maar weer hoe een TT kan verlopen. Kun je niet over deze dingen, dan kun je beter thuis blijven. En dan heer Feddema nog even over dat vriendjespolitiek, zoals je schrijft. Ik weet niet wat je hier echt mee bedoeld, wel vind ik het een misselijk woord, een woord wat beslist geen reclame voor onze vereniging is. Misschien bedoel je dat de keurmeester beïnvloed zou worden. Laat ik je dit dan zeggen dat er tijdens het keuren geen mens bij de keurmeester is, er zit alleen een schrijver aan het eind van het lokaal die de beoordeling opschrijft, een 100% eerlijke keuring dus. En dat weet je zelf ook wel, want je hebt zelf ook wel in de TT-kommissie gezeten, wat je nu doet vind ik afkraken. U kunt beter die mensen van de kommissie (waar ik zelf niet inzit ) een pluim geven voor het vele werk dat ze gedaan hebben (belangeloos) voor onze vereniging. En je hebt het gezien getuige de enorme belangstelling dat het ook dit jaar weer een geweldig sukses is geworden.
L.Visser Rinsumageest.
Op het stuk van Lieuwe Visser volgt in een volgende krant een reactie van Lieuwe Feddema – Nogmaals duivenshow BDA
Hierbij wil ik reageren op het schrijven van de heer L.Visser uit Rinsumageest. Deze heeft met verbazing en ergernis mijn ingezonden stuk gelezen. Er zullen er wel meer kwaad zijn op mij , maar er zijn ook velen het met mij eens over het stuk wat ik geschreven heb. Jij schrijft ook dat ik de TT-commissie afkraak, maar heer Visser, ik ben begin dit jaar nog meer innerlijk gekraakt dan dat wat ik geschreven heb. Ik zal dit niet verder aan de grote klok hangen. Om verder te gaan met het TT-bestuur. Deze mensen hebben nog altijd het recht om te zeggen, keurmeester dit is een show. U moet op showduiven keuren, of ze moeten zeggen u moet op vliegtype keuren. Ik heb vele tentoonstellingen mee georganiseerd. Daar was altijd de vraag van de keurmeester waar moet ik op keuren of het TT-bestuur deelde hem dat eerst mede als hij het vergeten had te vragen. Dan wist iedere liefhebber waar hij aan toe was en dat is bij deze TT niet gebeurd. Daarom de ergernis bij velen. Nu even over de punten, daar heb ik mee gesmeten. Ik zal u heer Visser op de plaats zetten van menig ander : In Bergum hadden je duiven : 1 jaarling duivin 1e prijs 92 1/2 punt , jonge duivin 1e prijs 92 pnt jonge duivin 2e prijs 92 pnt jonge duivin 3e prijs 92 pnt. Als deze duiven ook een punt of 3 waren gezakt dus die hadden dan ook 89 of 90 gekregen, dan had ik de reactie van jou wel een willen zien. Die keurmeesters die deze duiven hebben gekeurd krijgen die dan geen trap na. Ieder mens maakt fouten , ik wel , jij wel, een ieder moet ook over verlies kunnen, als het maar op een sportieve manier gebeurt. Jij deed ook het gezegde dat er tijdens het keuren geen mens bij de keurmeester is. Er zit alleen een schrijver aan het eind van het lokaal die de beoordeling opschrijft. Hier ben ik het niet mee eens. Ik zal je zeggen waarom. Jij weet hoeveel mensen er in het TT-bestuur zaten. Er zit altijd één te schrijven op nog geen meter afstand van de keurmeester, twee of drie staan bij de kooien te kijken wat de keurmeester doet, één zit het totaal aantal punten op te schrijven, éénschenkt koffie of iets anders in, dus met elkaar zijn er wel zes man. Ik zal hier niet verder op in gaan, daar het anders veel te lang duurt. daar spreken wij later wel eens over. Tenslotte wil ik dit nog zeggen over de punten, ik heb met verschillende keurmeesters gesproken en de vraag voorgelegd. Hoeveel punten kan een duif in een week zakken. De antwoorden waren van allen, de duiven kunnen hooguit 1 punt zakken, maar nooit geen 2 1/2 of 3 of 3 1/2. Deze keurmeesters moeten zich aan hun regelementen houden. Nu heer Visser wil ik gaarne van u horen hoe deze duiven zo ver kunnen zakken. gaarne uw mening. Ter afsluiting wil ik dit nog zeggen dat er tenminste nog één in onze vereniging is die voor z’n eigen mening en visie op durft te komen. Bedankt heer Visser voor u commentaar, want ik houd niet van ruggespraak. Ik geloof u ook niet , men moet elkander in de ogen durven kijken.
L Feddema Damwoude.
tot zover de discussie tussen de beide Lieuwes, maar er kwamen meer ingezonden stukken oa van A Miedema (Veenwouden) en G vd Meer (Damwoude)
dhr Miedema : Na de verschillende stukken over uw show gelezen te hebben kan ik het niet laten hierop te reageren. Wel wil ik duidelijk stellen dat er geen duiven van mij aanwezig waren op deze show. En als beginnend duivenman (vlieg nog maar twee jaar met mijn duiven) zijn er toch enkele zaken die bij mij vreemd overkomen. Uit de ingezonden stukken over de door u bedoelde show blijkt het zeer duidelijk dat het samen tentoonstellen van tentoonstellingsduiven (zoete duiven, wat een benaming) en vliegtype duiven een zeer moeilijke zaak is. Op alle door mij bezochte tentoonstellingen is dit een telkens terugkerend gesprek. Nu is het dan eindelijk zover dat het via ingezonden stukken in de krant openbaar gemaakt wordt (de vuile was wordt buiten gehangen, of is het geen vuile was ?) Als ik uw stukken zo lees bekruipt mij het gevoel dat er steeds meer dingen bij gesleept worden, zoals wat wordt er gedronken bij het keuren e.d. Had dit hele probleem niet binnenshuis opgelost kunnen worden door de verenigings-afdelings-rayonsbesturen. Het lijkt mij een zeer normale zaak om in de toekomst dit soort show’s gescheiden te organiseren, en de duiven die per jaar praktisch geen meter vliegen apart te beoordelen (eigen show’s) Dit voorkomt bij beide categoriën eigenaars vaak teleurstellingen. Als we metelkaar gaan proberen dit soort zaken op te lossen, zijn we daar meer mee gediend dan elkaar aan te gaan vallen via dit soort ingezonden stukken.
Na deze wijze woorden van dhr Miedema volgt het ingezonden stuk van Gauke van deer Meer, destijds penningmeester van onze vereniging (Tamme Posthumus was toen voorzitter , Dirk Lourens secretaris, de overige bestuursleden waren Hans Dijkstra , Binne Tj Kooistra , Willem Bosgraaf, Hessel Rintjema, Arnoldus Ernst en Theo vd Leij. De Oane Dantuma van toen was Bauke van Kammen , hij was veel op pad geweest om prijzen voor de TT te bemachtigen.
Gauke vd Meer : Naar aanleiding van de ingezonden stukken van dhr L Feddema wil ik hier graag enige uitleg geven. Dhr Feddema legt sterk de nadruk op het woordje show, maar daarbij vergeet hij dat het in de eerste plaats om postduiven gaat, en niet om sierduiven. Daar ik zelf bij de keuring aanwezig ben geweest wil ik wel uiteenzetten hoe dhr Strijker gekeurd heeft :
ten eerste de kop : model en ligging van het oog is altijd hetzelfde, maar uitdrukking van het oog kan verschillend beoordeeld worden, een te grote pupil, die niet kleiner wordt als de duif in het daglicht wordt gehouden, is niet goed, te fletse kleuren van de iris evenmin , dus max 18pnt.
punt 2 : vleugel, pluimen en staart : niet doorlopende banden op het vleugelschild is een fout, dus 18pnt. Worden er ook nog oude staartpennen of oud dons aangetroffen dan zakt de duif nog een 1/2 pnt. tot 17 1/2.
punt 3 : de rug : valt bij een goede showduif weinig op af te keuren, of hij moet te breed zijn, kan ook want dan heeft de duif geen goede stroomlijn, in dat geval ook 18 pnt.
punt 4 : onderbouw en stuit : dit is ook meestal hetzelfde, maar hier komt ook het evenwicht bij te pas. Is de duif te zwaar dan helt hij voorover bij het in de hand nemen 9was bij veel duiven het geval) dus weer 18 pnt.
punt 5 : totale indruk en conditie : deze kan bij een duif die één of meerdere van bovenvermelde fouten vertoont ten hoogste 18 pnt zijn.
Ik hoop dat dhr. Feddema na het lezen van bovenstaande begrijpt hoe er gekeurd is door dhr. Strijker. De duiven zijn beter nagezien dan tevoren, waardoor er fouten naar voren zijn gekomen, welke anders over het hoofd worden gezien. Hierbij wil ik niet uitsluiten dat dhr. Strijker fouten gemaakt heeft, want wie werkt maakt fouten. Tenslotte hr. Feddema begrijp ik, dat u teleurgesteld was, ten eerste omdat u geen prijs had, en ten tweede omdat is gebleken dat ook zonder uw medewerking er een even goed of nog beter resultaat mogelijk is. Maar als u nog eens kritiek hebt op bestuursleden e.d., dan zou ik wel graag willen dat u met keiharde feiten komt, en niet met vage vermoedens, want dat zijn lasterpraatjes die kant noch wal raken. Hr. Feddema, ik wens u en alle sportvrienden een voorspoedig, succesvol, maar vooral een sportief 1981 toe.
G. van der Meer, Damwoude.
Hierna werd de discussie door de krant gesloten , echter voor de keurmeester Strijker werd een uitzondering gemaakt :
Hoewel we de discussie hebben gesloten, willen we toch nog plaats geven aan dit schrijven van de keurmeester Strijker, die niet eerder op de hoogte was van de stukken, die over deze show werden geschreven. We zijn van mening dat nu de zaak voldoende is besproken en daarom de discussie in de krant verder gesloten kan blijven.
Mijne Heren.
In Uw blad van woensdag 24 december 1980, hebt u een ingezonden stuk geplaatst van dhr Feddema uit Damwoude, met als kop “Duivenshow of vriendjespolitiek. Ik zou hier graag een ingezonden tegenover willen plaatsen. Daarom vraag ik U beleefd of U het volgende schrijven op wilt nemen in Uw blad. By voorbaat mijn hartelijke dank.
Het is niet mijn gewoonte om te reageren op ingezonden stukken in de krant, want meestal zijn dit personen die een mondelinge kritiek niet aandurven en hun agressie dan spuien in een krant. Zo deed ook dhr. Feddema uit Damwoude. Hij wil niet alleen de keurmeester een trap geven. maar hij trapt door zijn geschrijf, zijn bestuur en vereniging in de grond. Hij beticht zijn bestuur en vereniging van vriendjespolitiek, doorgestoken kaart, zijn bestuur heeft fraude gepleegd, heeft met de keurmeester onder een hoedje gespeeld. Zelfs schrijft hij nog onwaarheden want ik heb nog nooit op een olympiade gekeurd, wel heb ik 2 maal mee mogen helpen op een voorkeuring voor een olympiade. Daar heb ik zelf niet om gevraagd, hiervoor werd ik aangewezen. Dhr. Feddema schrijft verder dat er zovelen waren teleurgesteld, dat geloof ik graag, dat heb ik tijdens de keuring ook gezegd. Maar wie is daar de oorzaak van? Is het niet die liefhebber zelf? Waarom kan men bijna geen duiven meer krijgen op een normale postduiven tentoonstelling. Waarom gaan zoveel tentoonstellingen van postduiven de mist in? Alleen omdat steeds meer liefhebbers overgaan tot, of het bij halen van de zg showduiven en hiermede een ware vlieg-postduivententoonstelling duperen. Begrijp goed, ik zet deze liefhebbers niet terug ieder is vrij in de uitoefening van zijn liefhebberij. Als iemand aardigheid heeft in het fokken of kweken van show duiven dan is dat zijn goed recht, daar heb ik volkomen begrip voor. Maar waarom sluiten deze liefhebbers zich dan niet aan bij die organisatie die speciaal gericht is op showduiven, er zijn er al meerderen in ons land. Dan kan men mee om de “Keizer van de Show” doen, daar kunnen ze elkaar met gelijke wapens bevechten, dat is eerlijk, maar geen prijs weg willen pikken van die liefhebber, die uitsluitend vlieg-postduiven heeft maar duiven die jaarlijks duizenden kilometers moeten reizen, dat is onsportief Ik weet wel je kunt hier een heel betoog over houden, men is hier zelfs al mee bezig op landelijk niveau. Als ik dan op een post-vliegduiven tentoonstelling zoals in Damwoude waar ik postduiven moet keuren en ik kom dan de zg show-duiven tegen, dan zeg ik die horen daar niet, die mogen er wel zitten, daar heb ik geen bezwaar tegen, maar ze zullen het moeilijk krijgen, omdat en ik zal trachten dit zo goed mogelijk te doen, moet keuren naar het keuringsreglement van de Groep van Keurmeesters, en dan worden er door mij ook wel fouten gemaakt, gelukkig want daarvoor ben ik mens. Maar als ik, zoals in Damwoude op de tentoonstelling, duiven in handen krijg met van die grote koppen. waarvan de oogranden geheel of gedeeltelijk niet meer aanwezig zijn, duiven met doffe, slome uitdrukkingen, blauwe duiven die hun donkere banden gedeeltelijk niet meer hebben of zelfs een donkere band. Duiven, die zo zwaar en lomp zijn, dat ze haast niet meer door de deurtjes kunnen, duiven waarvan de snavel niet meer is gosloten vanwege de ademhalingsmoeilijkheden. Hr. Feddema verlangt u van mij dan dat ik deze duiven 93 punten geef? Dan zijn dit grove fouten volgens het keurings-reglement van de G.v.K. Want dat reglement schrijft voor. Neusdoppen gelijkmatig, het oog goed gesloten liggend in de oogranden, ogen diep glanzend, helder van kleur en verstandige uitdrukking. Fouten: te flets en te week van kleur, misvormige pupil, te grote pupil, niet goed omsloten door de iris Dat is alleen nog maar de kop. Daar komt de hals nog bij. Deze moet stevig zijn naar gelang de duif. Bij de overgang van de kop naar hals bij de keel goed afgerond. zg. uitgesneden. De fouten: te lang, te dun. keeluitsnijding te hoekig, te grof.
Zie hr. Feddema, nu heb ik nog maar één onderdeel van de keurlabel doorgenomen. Ziet U nu wel dat ik al heel wat fouten bij de z.g. show-duiven heb ontdekt. Als wij 18 punten geven voor elk onderdeel dan is dat goed. Een duif van 90 punten is bij ons een normale duif, Zelfs 17 1/2 punten is nog vrij goed staat op de keurlabel Alles wat de duif dan meer heeft aan goede of slechte eigenschappen, daar krijgt hij meer of minder punten voor. Ik wil dan niet praten over vleugel en pluim, over rug en lendenen en onderbouw en evenwicht, want dan blijft er van Uw z.g. Show-duiven weinig over. Er zijn inderdaad Show-duiven die zo perfekt gefokt zijn, dat ze moeilijk te onderscheiden zijn van normale vlieg-postduiven. Maar deze liefhebbers zijn dan ook aangesloten bij de organisatie “De keizer van de Show” Hr. Feddema, vond U die oude rode doffer die naar ik meen in kooi 26 zat, geen mooie postduif? Deze was ook naar zeggen vaker de mooiste geweest. Of hebt U alleen maar naar Uw eigen duiven gekeken en hebt U geen interesse gehad voor duiven van Uw medeleden en hebt U alleen maar kritiek geleverd? Dan bent U geen goed verenigingslid. En dan de mooie blauwe oude duivin in kooi 30 of 31. Deze had ook meerdere prijzen gehaald. Hebt U ook die jonge doffer gezien, naar ik meen in kooi 27 of 24 ? ik weet het niet meer precies. Ik wil alleen maar aantonen dat dit duiven zijn die op een post-vliegduivententoonstelling thuis horen. Toen ik klaar was met de keuring heb ik gevraagd of men tevreden was. Ik kreeg toen als antwoord: “U hebt de post- vliegduiven wel naar voren gehaald”. Met dit antwoord was ik tevreden, want volgens der Groep van Keurmeesters moet ik post- vliegduiven keuren. Wij hebben bij de G.v.K. nog geen reglement voor Show-duiven misschien komt dat nog wel. Wat andere keurmeesters doen met de punten, dat is hun zaak, die verantwoording ligt bij hen. Ik probeer nog steeds om een mooie en goede postduif naar voren te halen. Of het mij altijd lukt is een tweede.
Hr. Feddema en dit is het laatste, ik zou nog veel meer willen en kunnen schrijven, ik doe het niet, wel in een persoonlijk gesprek, maar dit nog. Ik ben niet bang dat ze mij in Friesland met de meelzak om de oren zullen slaan, want als ze mij vragen kom ik rustig weer.
Ik heb veel vrienden in Friesland, maar aan vriendjespolitiek doe ik niet mee, daar is mijn naam te goed voor in Friesland.
R.Strijker
Na deze viertallen show werd er in onze club in januari 1981 nog een tentoonstelling gehouden , uitsluitend voor eigen leden :